Risicobeheer

Een belangrijk onderdeel binnen de financieringsfunctie is risicobeheersing. Dit in de wet FIDO voorgeschreven onderdeel, geeft inzicht in het risicoprofiel van de gemeente Gouda. 

De beheersing van de volgende risico’s wordt toegelicht:

  • renterisico
  • kredietrisico
  • koersrisico
  • liquiditeitsrisico
  • kredietrisico

Renterisico op kortlopende schuld

Een belangrijk uitgangspunt is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten van de gemeente. Om de omvang van de korte financiering te begrenzen, is in de wet FIDO de kasgeldlimiet opgenomen. De limiet is bepaald op 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar, met een minimum van € 0,3 miljoen. Het is hierbij niet toegestaan meer dan twee kwartalen achtereen de kasgeldlimiet te overschrijden.

Kasgeldlimiet

Bedragen * € 1.000
grondslag is omvang begroting per 1-1-2017

rekening 2016 ultimo

begroting 2017 gemiddeld

begroting 2018 1e kwartaal

begroting 2018 2e kwartaal

begroting 2018 3e kwartaal

begroting 2018 4e kwartaal

begrotingstotaal

242.161

260.000

247.000

247.000

247.000

247.000

norm (%)

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

8,50%

kasgeldlimiet

20.584

22.100

21.000

21.000

21.000

21.000

gemiddelde kortlopende schuld (negatief betekent schuld, positief betekent tegoed)

-7.501

3.250

-4.000

-5.000

-6.000

-8.700

ruimte (+) / overschrijding (-)

+28.085

+18.850

+17.000

+16.000

+15.000

+12.300

Bovenstaande tabel toont aan dat de gemeente Gouda de renterisico's op korte schuld beheerst binnen de daarvoor gestelde wettelijke kaders.

Renterisico op langlopende schuld

Ook het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten bij lange financiering is een belangrijk uitgangspunt. De renterisiconorm uit de wet FIDO bepaalt dat een gemeente elk jaar maximaal 20% van het begrotingstotaal mag aflossen met een minimum van € 2,5 miljoen. Doel van de norm is dat gemeenten de renterisico’s over de jaren spreiden.

Onderstaand de renterisico’s met betrekking tot de vaste schuld.

Renterisiconorm

Bedragen * € 1.000
grondslag: omvang begroting per 1-1-2017

2018

2019

2020

2021

Begrotingstotaal

247.000

245.000

244.000

242.000

norm (%)

20%

20%

20%

20%

Renterisiconorm

49.400

49.000

48.800

48.400

Aflossingsverplichtingen op vaste schuld

23.926

14.559

15.305

20.754

Ruimte (+) / overschrijding (-)

+25.474

+34.441

+33.495

+27.646

Bovenstaande tabel geeft aan dat het renterisico op de vaste schuld van de gemeente Gouda in de periode 2018 tot en met 2021 ruim binnen de wettelijk gestelde normen blijft.

Voor de treasury is de 20%-renterisico-norm een belangrijk kader op basis waarvan afwegingen worden gemaakt op het gebied van volume, looptijd en termijnen van renteherzieningen van aan te trekken langlopende geldleningen.

Kredietrisico op verstrekte geldleningen en overige uitzettingen

De gemeenteraad heeft als algemeen uitgangspunt vastgesteld dat alleen leningen of garanties uit hoofde van de publieke taak worden verstrekt. Andere uitzettingen zijn op grond van de Wet Fido niet toegestaan. Eventuele overtollige financiering mag uitsluitend nog worden belegd bij banken die voldoen aan de juiste kredietwaardigheid, de Rijksoverheid of medeoverheden.

Kredietrisicobeheersing richt zich op de kredietwaardigheid (en dus het risicoprofiel) van de tegenpartij bij financiële transacties. Kredietrisico’s kunnen worden gelopen vanuit uitzettingen (verstrekte geldleningen, beleggingen) of uit verleende garanties.

Onderstaand een overzicht van de kredietrisico’s:

Bedragen * € 1.000

rekening 2016

begroting 2017

Ultimo 2017

Ultimo 2018

Ultimo 2019

Ultimo 2020

Ultimo 2021

Publieke taak

Leningen aan verenigingen, stichtingen en natuurlijke personen

145

142

92

81

72

62

51

Leningen aan woningbouwverenigingen

0

0

0

0

0

0

0

Prudent beheer

Financiële instellingen (rating A en hoger)

2.827

2.827

16

16

16

16

16

Semioverheidsinstellingen

11.940

14.025

8.875

5.325

0

0

0

Overige toegestane instellingen

6.923

5.811

8.737

9.872

9.138

10.279

12.716

Niet toegestane instellingen

0

0

0

0

0

0

0

Totaal

21.835

22.805

17.720

15.294

9.226

10.357

12.783

De in het verleden ter belegging van overliquiditeit aangekochte obligaties ING zijn in 2017 verkocht. Deze waren verantwoord onder 'financiële instellingen'.

De uitzetting aan de 'semioverheidsinstellingen' betreft een kasgeldfaciliteit aan het Bedrijvenschap Regio Gouda ter financiering van het project Gouwe Park. Door de kavelverkopen zal deze faciliteit naar verwachting eind 2019 zijn afgelost.

Het verloop in de uitzettingen bij 'overige toegestane instellingen' betreft met name de ontwikkeling van het financieringsarrangement Westergouwe. Het risico hiervan is door het vestigen van hypothecaire zekerheden afgedekt.

Koersrisico

De in ING-obligaties belegde overliquiditeit (nominaal € 2,8 miljoen), zijn in 2017 verkocht. Als gevolg van deze verkoop is het koersrisico op verstrekte gelden nihil.

Liquiditeitsrisico

Liquiditeitsrisico is het risico dat er onvoldoende middelen zijn om aan directe verplichtingen te voldoen. Het saldo- en liquiditeitenbeheer wordt ondersteund door een liquiditeitsplanning met een horizon van ongeveer twee jaar, die permanent wordt onderhouden. Dat vindt onder andere plaats door middel van periodieke informatie-uitwisseling tussen projectleiders, budgethouders, consulenten en de treasurer. De informatie-uitwisseling heeft met name betrekking op het liquiditeitsverloop van de projecten, de grondexploitaties en de overige investeringen.

Op basis van voorspellingen van de in- en uitgaande geldstromen kan Treasury tijdig actie ondernemen om tekorten aan te vullen en overschotten uit te zetten. De liquiditeitsplanning wordt ook ingezet als hulpmiddel om de renterisico's te bepalen, het dagelijks saldo te beheren en de liquiditeitsrisico's te beheersen.