Wat gaat de gemeente daarvoor doen?

Inkomen

De gemeente verstrekt uitkeringen aan bijstandsgerechtigden (Participatiewet uitkeringen). Ter bekostiging van deze uitkeringen ontvangt de gemeente van het Rijk een specifieke uitkering. Het uitgangspunt hiervan is dat de beleidsmatige en financiële verantwoordelijkheid bij gemeenten ligt. Vanaf 2015 is deze ‘Gebundelde Uitkering’ (opgebouwd uit verschillende deelbudgetten) gebaseerd op de nieuwe Participatiewet. De Participatiewet kent een budgettering- systematiek. Deze is zo ingericht dat het gemeenten moet prikkelen om zoveel mogelijk mensen uit de uitkering en aan het werk te helpen en te houden. Vanaf 1 januari 2015 wordt het macrobudget van de Gebundelde Uitkering ook anders over gemeenten verdeeld, volgens een nieuw verdeelmodel dat nog wordt doorontwikkeld. Dit model houdt rekening met diverse maatstaven die maar zeer beperkt beïnvloedbaar zijn door gemeenten.

De middelen die de gemeente Gouda van het Rijk ontvangt, zijn al sinds 2011 onvoldoende om het verstrekken van uitkeringen te kunnen bekostigen. Gemeenten die tekorten hebben op hun budget, dienen deze tekorten in beginsel op te vangen uit eigen middelen. Gemeenten die een omvangrijk tekort hebben, kunnen onder voorwaarden in aanmerking komen voor een aanvullend budget. Daarvoor moet jaarlijks een beroep gedaan worden op de zogenaamde Vangnetuitkering. Hierbij blijft een deel van het tekort voor eigen risico van de gemeente.

Gouda blijft alert op de ontwikkelingen van het aantal mensen dat een Participatiewet-uitkering krijgt. Er worden gerichte maatregelen genomen voor instroombeperking, uitstroombevordering en handhaving en samenwerking met de regiogemeenten daarbij. Gouda geeft prioriteit aan het bevorderen van uitstroom naar werk zonder structurele ondersteuning. Binnen het werkprogramma Gouda aan de Slag worden mensen ondersteund die in staat zijn om te werken en zelfstandig het wettelijk minimumloon te verdienen. In het Werk- en Ontwikkelcentrum wordt er met een intensief groepsprogramma voor gezorgd dat zij optimaal arbeidsfit zijn met als doel om actief weer aan de slag te kunnen. Voor degenen die niet binnen een jaar succesvol aan het werk zijn, is er een kort en intensief traject om hun maatschappelijke participatie zo veel mogelijk te waarborgen.

In het project 'Talent Match' wordt blijvend gewerkt aan de uitstroom op een zogenoemde 'garantiebaan' van de doelgroep mensen met een arbeidsbeperking. Hiertoe wordt een intensief netwerk met de lokale en regionale werkgevers gevormd. Uitgangspunt is hierbij dat niet de beperking voorop staat, maar dat vooral wordt bezien wat men wel kan.

In mei 2017 is het programma Modernisering Sociale Dienst gestart. Doel is enerzijds, zoals in paragraaf 3.2.3 staat, Werken aan beleid, een meer integraal Sociaal Domein en bredere dienstverlening aan de inwoners van Gouda. Anderzijds ligt de focus op het effectiever en efficiënter inrichten van de processen en instrumenten met als resultaat het terugdringen van het BUIG-budgettekort. Zo wordt een resultaatmeting van het instrumentarium uitgevoerd. Welk instrument heeft in welke mate toegevoegde waarde in het terugdringen van het BUIG budgettekort. Is het juiste instrumentarium daarvoor goed en effectief ingericht en/of zijn er andere effectievere instrumenten beschikbaar of te ontwikkelen (bijvoorbeeld detacheren en handhaving / fraude)? Teneinde de uitstroom uit de bijstand te bevorderen, is het noodzakelijk het bestand aan bijstandsgerechtigden te kennen. Hiertoe worden maatregelen genomen.

Verder wordt het klant-proces aanvraag levensonderhoud onder de loep genomen. De focus nu, is vooral gericht op werk en participatie. Onderzocht wordt of het proces aan 'de poort' streng, doch zeker rechtvaardig, herzien kan worden, waarbij inkomen en handhaving een prominentere rol in de poort kunnen vervullen. Doel hierbij is ook ongewenst gebruik van de Participatiewet-middelen vroegtijdig te signaleren en daardoor te reduceren.

Een ander instrument voor met name (potentiële) ondernemers met een uitkering is o.a. het Bijstand Besluit Zelfstandigen. De uitvoering en de samenwerking tussen Gouda en Rotterdam wordt geëvalueerd. Daarnaast wordt voor de groep (potentiële) ondernemers met een Participatiewet-uitkering een plan uitgewerkt, met als doel een concreet experiment in te richten waarbij bijstandsgerechtigde ondernemers meer (vrije) regelruimte krijgen om hun onderneming op of uit te bouwen.

Ook in Gouda komen nieuwe statushouders wonen. Om in hun levensonderhoud te voorzien vragen de meesten een Participatie-wetuitkering aan. Statushouders worden door Vluchtelingenwerk ondersteund met maatschappelijke dienstverlening. Het is voor de integratie belangrijk dat statushouders zo snel mogelijk de Nederlandse taal leren in combinatie met betaald werk of maatschappelijk participeren. Samen met de partners in de stad wordt gewerkt aan het vergroten van de kansen op werk, maatschappelijke participatie en zelfredzaamheid. Daarom wordt in samenwerking met Vluchtelingenwerk zo vroeg mogelijk gezorgd voor een ‘warme overdracht’ naar Werk en Participatie zodat er gericht een traject ingezet kan worden voor de begeleiding van statushouders richting werk en/of activering.

Het verwachte tekort op het BUIG-budget is in de begroting verwerkt. Er wordt een plan opgesteld, inclusief alle bovengenoemde maatregelen om tot een reductie van dit tekort te komen.

Minimabeleid

In maart 2017 heeft de raad het beleidskader armoede en schulden Gouda 2017–2020 ‘Samen Mee(r) Doen' vastgesteld. Dit kader wordt uitgewerkt in een aantal verordeningen en maatregelen. Hieronder vallen het taalakkoord ’Taal voor het leven’ en de invoering van de stadspas en een kindpakket.

Gouda investeert in preventie van armoede en schulden door het toegankelijk aanbieden van informatie. Bijvoorbeeld over goed budgetteren, over de beschikbare regelingen op rijks- en gemeenteniveau en door vroegsignalering in samenwerking met de Sociaal Teams, scholen en betrokken maatschappelijke organisaties. Daarnaast wordt gewerkt aan het bestrijden van laaggeletterdheid en het verbeteren van de maatschappelijke begeleiding van statushouders.

Kwetsbare inwoners krijgen ondersteuning met maatwerkvoorzieningen op het gebied van inkomen zoals de individuele inkomenstoeslag of individuele studietoeslag. Met de stadspas is er een steuntje in de rug voor maatschappelijke participatie. Voor kinderen uit gezinnen met een laag inkomen wordt het kindpakket ingevoerd. Voor kinderen van 14 jaar en ouder biedt de gemeente de mogelijkheid om eenmalig een gratis ID-kaart aan te vragen en voor de peuters is er ondersteuning bij kortdurende peuteropvang. Daarnaast steunt de gemeente het kinderfonds. Verder biedt zij de collectieve zorgverzekering voor mensen met een laag inkomen. Hierbij geeft de gemeente een tegemoetkoming in de kosten van de aanvullende verzekeringen die dekking bieden voor de meest voorkomende zorgkosten. Bovendien kan het eigen risico worden meeverzekerd.

Voor de aanpak van schulden wordt samengewerkt met maatschappelijke partners om te komen tot integrale en vooral inclusieve hulp bij schulden. Gouda biedt waar mogelijk schuldhulpverlening, gericht op een schuldenvrije toekomst. Door een rechterlijke uitspraak over de inzet van private schuldhulporganisaties moet in 2018 de schuldhulpverlening gericht op minnelijke of wettelijke schuldsanering anders georganiseerd worden. Het onderzoek hierover is nog niet afgerond. Het traject vergt nog enige tijd en zorgvuldigheid om tot een afgewogen advies te komen over een nieuwe organisatie van de schuldhulpverlening. Deze nieuwe organisatie leidt vanaf 2018 tot (structurele) financiële consequenties waarbij sprake is van een bandbreedte tussen de + € 200.000 en + € 300.000 ten opzichte van de reeds begrote uitgaven.

Werk en activering

In juli 2017 is de tussenevaluatie van de Participatienota 2015-2018 geweest en zijn de Re-integratieverordening, de Afstemmingsverordening en de Beleidslijn beschut werk vastgesteld.

Via het programma Gouda aan de Slag wil de gemeente mensen met een uitkering naar werk leiden. Daarbij is ook oog voor innovatieve concepten zoals de Stadswinkel. Uitkeringsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt worden begeleid om maatschappelijk actief te worden voor de Goudse samenleving.

De gemeente ondersteunt mensen met een arbeidsbeperking met ‘beschermd werk’ naar een zo regulier mogelijke werkplek, bij voorkeur bij een gewone werkgever. Voor hen die dit niet kunnen, wordt ingezet op ‘beschut werk’, op ‘dagbesteding’ of op een traject om deze doelgroep arbeidsfit te maken. Vanuit de rol als centrumgemeente in de arbeidsmarktregio Midden-Holland wordt de samenwerking tussen arbeidsmarktpartners (o.a. onderwijs en werkgevers) gestimuleerd (onder andere via talentmatch). Dit om onder meer de regionale taakstelling van garantiebanen te realiseren voor geregistreerde arbeidsbeperkten. Werkgevers krijgen vanuit het Werkgeversservicepunt Midden-Holland ondersteuning bij het realiseren van werk voor alle doelgroepen met inzet van passende instrumenten. Hierbij wordt nauw samengewerkt met scholen (voortgezet speciaal onderwijs, praktijkonderwijs en entree-opleiding) met als doel te voorkomen dat jongeren tussen wal en schip terechtkomen.

Jeugdwerkloosheid wordt bestreden door jongeren die niet zelfstandig de weg vinden (al of niet met een uitkering) ondersteuning op maat te bieden met als doel dat zij uitstromen naar werk en/of passende opleiding. In dit kader werken arbeidsmarktpartners zeer nauw samen aan een sluitende aanpak en worden Europese middelen (ESF) ingezet.

Social Return

Via Social Return wordt bevorderd dat, naast het leveren van de reguliere prestatie, maatschappelijke meerwaarde wordt gecreëerd. Social Return is een vorm van maatschappelijk verantwoord ondernemen in de breedte, maar wordt specifiek toegepast om kansen te creëren voor mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt.

Social Return is als speerpunt in het actieprogramma van het college opgenomen. Dit omdat er meer kan worden bereikt als het contact met de werkgevers wordt geïntensiveerd, er meer aan de voorkant van aanbestedingen wordt geïnvesteerd in informatieoverdracht en er sectorafspraken worden gemaakt.

In het inkoop- en aanbestedingsbeleid van de gemeente is verankerd dat van alle partners en leveranciers een inspanning verwacht wordt op het gebied van Social Return.

Bij aanbestedingstrajecten voor werken en diensten boven een bepaalde waarde heeft de ondernemer de verplichting een deel van de aanneem- of loonsom voor Social Return in te zetten. Dit percentage wordt op maat per aanbesteding vastgesteld, waarbij het uitgangspunt bij werken 2% van de contractwaarde is en bij diensten 5%. Het college heeft de ambitie om de inspanningen ten aanzien van Social Return bij gemeentelijke opdrachten te vergroten. Uitgangspunten hiervoor worden nader uitgewerkt in het inkoop- en aanbestedingsbeleid. In 2018 zetten we voor de duur van één jaar extra in op inzet richting werkgevers. Dit moet resulteren in een verdubbeling van het aantal personen dat door Social Return aan het werk is.